GeoLatijn – Geocaching Begrippenlijst


A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

  • Aanvliegroute – Kaarsrecht vrij lang pad, dat rechtstreeks leidt naar cache of waypoint, waarbij pijltje en pad op de kaart niet meer te onderscheiden zijn.
  • Acquisitietijd – De tijd die een GPSr nodig heeft om een positionering te bepalen, vanaf het moment dat deze aangezet wordt.
  • Actieve cache – Cache die aanwezig zou moeten zijn.
  • Ammobox – Munitiekistje gebruikt als cache. Verstandige geocachers hebben de rode stickers waarop staat dat de inhoud explosief is, eraf gepeuterd.
  • Approve – Alvorens een cache verschijnt op de site van Geocaching.com, moet eerst goedkeuring worden verkregen van de reviewer. Deze goedkeuring wordt in het Engels approve genoemd.
  • Archiveren – Het door een cache-plaatser aangeven via geocaching.com dat een cache niet meer beschikbaar is. Kan ook door een reviewer worden verricht ingeval de cache niet (meer) aan de regels van geocaching.com voldoet, of als de cache te lang off line staat.
  • Attended – Logmogelijkheid om aan te geven dat men een event heeft bezocht. Een attended log heeft dezelfde waarde als een found log.
  • Attribute – Icoontje van geocaching.com om een eigenschap van de cache aan te geven, zoals: grootte van de cache, of de cache kindvriendelijk is, of de cache 24 uur per dag beschikbaar is, oppassen voor teken, etc.
  • Auto Travel Bug – Grote Travel Bug Tag met code die magnetisch “vastplakt” op auto, motor of ander ijzeren object, daarmee het voertuig of object promoverend tot een op Groundspeak te volgen Travel Bug.
  • Auto-cache – Een cache-route van minstens 25 km die uitsluitend per motorvoertuig kan worden afgelegd. Meestal een multi.

B

  • Bearing – De gepeilde richting vanaf de huidige positie naar de bestemming.
  • Begrippenlijst – Onderhavige lijst van allerlei termen die bij het geocachen worden gebezigd.
  • Benchmark – Meetpunt waarvan de coördinaten exact bekend zijn. Benchmarks in het geocachen zijn Amerikaans en kunnen speciaal gelogd worden. In Nederland kunnen we er niets mee
  • Betaalcache – Cache die zodanig is geplaatst dat er moet worden betaald om te cache te kunnen graaien. Voorbeeld: Park/gebied/privé-terrein waarvoor entree wordt geheven.
  • Bonus-cache – Cache die pas gevonden kan worden na het vinden van een aantal andere caches. Deze caches bevatten dan informatie voor het vinden van de bonus-cache. Een bonus-cache wordt ook wel meta-cache genoemd.
  • Bookmark list – Mogelijkheid bij geocaching.com om een lijst aan te leggen van caches. Deze lijst kan eventueel openbaar zijn, dus niet alleen voor eigen gebruik. Zo’n lijst kan handig zijn als je geïnteresseerd bent in bepaalde soorten caches.
  • Brons – Fictieve beloning voor het als derde vinden van een cache.
  • Bushwacken – Het in rechte lijn door de natuur lopen.
  • BVDC – Bedankt Voor Deze Cache.

C

  • Cache – Doel van het geocache-spel. Het woord stamt van het Franse woord cacher, dat verbergen betekent. Een cache bevat minstens een logmogelijkheid. Daarnaast kan de cache goodies en travel-bugs bevatten.
    Er zijn vele cache-vormen van zeer groot (100 liter) tot zeer klein (1 centiliter). Voorbeelden:
    Kist, zuurkoolton, munitiekist, leger EHBO-doos, plastic ton, plastic bak, pvc-buis, glazen pot, bellenblaas, canister, snoepdoosje, pillendoos, micro metaaldoosje.
  • Cache-beschrijving – Beschrijving van alle ins en outs van een bepaalde cache op Geocaching.com.
  • Cache-code – Combinatie van 3-7 cijfers en letters beginnend met GC voor goedgekeurde caches. De code wordt toegekend door geocaching.com.
  • Cache-etiquette – Gewenst omgaan met cache, cache-inhoud en logs:
    1. Niet neer-ruilen (down-trading).
    2. Vinders-plicht om zeker te zijn te zijn dat de cache weer goed wordt verborgen.
    3. Geen spoilers plaatsen bij de log
  • Cache-grootte
    Pico – Zeer zeer kleine cache. Grootte is enkele millimeters. Nog niet in de praktijk aangetroffen.
    Nano – Zeer kleine cache. Grootte is ongeveer vergelijkbaar met het topje van de pink. Kan opengedraaid worden en bevat een miniem logstrookje. Vaak is de nano-cache magnetisch zodat hij tegen ijzer “geplakt” kan worden.
    Micro – Kleine cache, meestal filmrol-houdertje. Bevat alleen een loglijst.
    Small – Tamelijk kleine cache. Tussenmaatje tussen micro en regular. B.v plastic bakje of glazen potje met canister erin.
    Regular – Een cache van normale grootte die allerlei goodies kan bevatten. Veelal worden in Nederland munitiekistjes gebruikt. Ook grote plastic bakken zijn regular.
    Large – Zeer grote cache. Meestal een kist. Kan heel veel goodies bevatten.Cache-hike Een cache die gekoppeld is aan een grote intensieve wandeling langer dan 10 kilometer.
  • Cache-hok – Vierkant gebied van 2×2 km waarbij de hoekpunten worden gevormd door oneven RD-coördinaten.
  • Cache-legger – zie ‘Cache-plaatser’
  • Cache-listing – zie ‘Cache-beschrijving’
  • Cache-locatie – Plek waar een cache is verborgen.
  • Cache-paadje – Laatste meters naar de cache, platgelopen door geocachers. Paadje ontstaat al na enkele bezoeken en wordt steeds duidelijker naargelang meer visites.
  • Cache-pagina – Beschrijving en logs van een bepaalde cache op een eigen pagina van geocaching.com. Iedere officieel goedgekeurde cache heeft een eigen cache-pagina.
  • Cache-plaatser – Iemand die een of meerdere caches plaatst. Hieronder zijn ook begrepen het ‘plaatsen’ van virtuele caches en het organiseren van events.
    In het Engels spreekt men van cache-owner, vaak afgekort als CO.
  • Cacher – Verkorting van Geocacher, iemand die een cache probeert te vinden.
  • Cache-route – Traject zoals die door de cache-plaatser is uitgezet.
  • Cache Tool Kit (CTK) – Geheel van gereedschappen e.d., bestemd om een cache te gaan vinden en meestal ook samen in een speciaal daarvoor bestemde tas opgeborgen. Minimaal benodigd voor de standaarduitvoering: een GPSr, een pen, een kompas, een PDA, een GSM, prikstok, een goodie. Behalve de standaarduitvoering zijn er nog de CTK classic (met minder accessoires), de CTK+ (met meer accessoires) en de CTK+ DeLuxe (met nog meer accessoires). Ook de CTK Velo met bandenplakkers, fietspomp e.d. behoort tot de mogelijkheden.
  • Caches
    Earth – Speciaal soort virtuele cache waarmee je iets kunt leren op aardkundig gebied. De cache moet je brengen naar bijzondere aardformaties zoals vulkanen, gletsjers, fossielen, etc.
    Event – Bijeenkomst van veel geocachers. Bekendmaking geschiedt via de site van Geocaching.com.
    Letterbox hybride – Cache met een speciale cache-gebonden stempel erin die in de cache moet blijven. De geocacher heeft zelf een Letterbox logboek waarin zoveel mogelijk verschillende Letterbox stempels moeten komen te staan. Geen GPSr nodig.
    Multi – Oorspronkelijk een route met meerdere caches. De benaming wordt nu vrijwel steeds gebruikt voor caches waarbij één of meerdere way-points zijn gebruikt.
    Mystery – De cache-coördinaten zijn verborgen op onbekende wijze. In de beschrijving kunnen aanwijzingen staan. Meestal is het een puzzel-cache, waarbij men eerst thuis een puzzel moet oplossen alvorens enig idee te hebben alwaar de cache-route te beginnen.
    Traditional – Cache waarvan de coördinaten bovenaan de cache-beschrijving staan vermeld. Met traditional wordt oorspronkelijk bedoeld, in het bijzonder de allereerste cache: een verstopt blik bonen waarvan de coördinaten op internet waren vermeld.
    Virtueel – Cache die fysiek niet aanwezig is. Vaak een bijzondere plek waar geen cache verstopt kan worden. Men moet dan meestal bewijzen op die plaats geweest te zijn alvorens te mogen loggen op de site van Geocaching.com.
    Webcam – Geen fysieke cache, maar een soort virtuele cache waarbij gebruikt wordt gemaakt van bestaande internet webcams. Bedoeling is dat een geocacher voor de webcam verschijnt en hulp krijgt van iemand ergens achter een pc om een herkenbaar plaatje vast te leggen. De foto dient dan geplaatst te worden in de log als bewijs.
    Wherigo – Voor het vinden van de cache dient een fictief pseudo-interactief avontuur te worden beleefd. Hiervoor dient men te beschikken over speciale apparatuur (ofwel GPSr ofwel pocket pc) en bijbehorende software.
  • Canister – Filmrol-houdertje dat wordt gebruikt als micro-cache.
  • Carpoolcache – Carpoolcache (CC).
  • CarTB – Sticker met de afbeelding van een Travelbug, voorzien van code.  Maakt je auto trackable.
  • Centurion – Geocacher met minstens 100 founds, ook wel hectocacher genoemd.
  • Charter member – Premium member van het eerste uur, of eigenlijk eerste jaar. Heeft dezelfde rechten en plichten als een premium member.
  • Cheat – Combinatie van spoiler, hint en aanverwante zaken. Proberen zonder veel moeite een lastige cache te vinden.
  • Checksum – Controlemogelijkheid via een optelling van bepaalde waarden. Wordt zo nu en dan bij multi’s en puzzelcaches door de cache-legger aangeboden. Als de checksum niet klopt, weet men zeker een fout te hebben gemaakt. Als de checksum wel klopt, kan men nog niet zeker zijn alle waarden correct te hebben, maar ’t geeft meestal een goed gevoel.
  • Chirp-cache – Cache die gebruik maakt van een zogenaamde chirp-functie. Een chirp is een stukje hardware elektronica dat signalen afgeeft binnen een relatief klein gebied. Als je GPSr daarvoor geschikt is, vangt het apparaat die signalen op. Op deze wijze kunnen bijv. de gegevens van de cache-locatie worden ontvangen via een verborgen chirp, mits men met de geschikte GPSr dicht genoeg in de buurt is.
    Cijfersom Som van de cijfers van een getal. Voorbeeld. Getal is 249. Cijfersom = 2+4+9 = 15.
    Let op: verwar cijfersom NIET met stapeltellen.
  • CITO – Cache In Trash Out. Benaming voor een actie om bij het geocachen eventueel door anderen achtergelaten rondslingerende rotzooi op te ruimen.
  • Citycanyon – Gebied met slechte ontvangst op de GPSr. Dit kunnen gebouwen zijn die een hindernis vormen tussen satelliet en antenne. Ook in de natuur kunnen rotsen en bomen een obstakel vormen.
  • Classic cache – Cache met een “oude” hexadecimale GC-code, GC1 t/m GCFFFF.
    Geplaatst voor april 2003 en bijna altijd op een mooie plek.
  • Clustercaches – Serie caches van diverse soort die een geheel vormen en waarbij één cache de leidraad vormt. Bij voorbeeld de FPE2009 Clustercache in Almere die bestaat uit: traditional, multi, mystery, wherigo en een letterbox.
  • CO – Cache-Owner, ofwel cache-plaatser.
  • COCA – COöperatief CAchen. Het noodzakelijk met meerdere personen uitvoeren van cache-opdrachten, omdat er meerdere routes zijn, waarbij men elkaar wederzijds dient te informeren over de bijbehorende opdrachten.
  • Coin – zie ‘Geocoin’
  • Commerciële Cache – Volgens de richtlijnen van geocaching.com: een cache die de bedoeling heeft direct of indirect (opzettelijk of onopzettelijk) reclame te maken voor een commerciële activiteit via de site van geocaching.com. Geocaching.com wil deze caches niet op hun site, tenzij er vooraf toestemming is gevraagd aan hen en deze toestemming daarna is gegeven.
  • Confluence punten – Punten op de kruisingen van hele graden. Nederland heeft er 7 waarvan 2 in zee, namelijk N52o E4o (in zee), N52o E5o, N52o E6o, N53o E4o (in zee), N53o E4o, N53o E6o, N53o E7o.
  • Coördinaten -Positie uitgedrukt in lengte- en breedtegraad. De lengtegraad is een Oost- of West-coördinaat, bijv. E004o 20,980′ en de breedtegraad is een Noord- of Zuid-coördinaat, bijv. N52o 00,105′.

D

  • Decrypten – Ontcijferen van de hint die meestal is vermeld in de cache-beschrijving.
    de Driehoek
  • Discovered – Logmogelijkheid bij een TB of geocoin om aan te geven dat men de TB of geocoin (meestal in een cache, maar soms ook bij een event) heeft gezien, maar niet heeft meegenomen.)
  • Doosjes rapen – Trachten veel kleine caches snel te vinden. Dat kan bij voorbeeld lukken in bepaalde gebieden waar veel drive-in-(micro-)caches zijn geplaatst.
  • Down-trading – Zodanig goodies ruilen bij de cache, dat de totaalwaarde van de cache-inhoud minder wordt. De Nederlandse term is neer-ruilen.
  • Dreuzel – Niet-geocacher die zich in de buurt van de cache of een way-point ophoudt. De Engelse term is: muggle.
  • Drive-in-cache – Cache die bereikbaar is met gemotoriseerd vervoermiddel.
  • Duo-cache – Cache waarbij de opdrachten zodanig zijn, dat er minstens twee personen voor nodig zijn om die opdrachten uit te voeren.

E

  • Earth-cache – Speciaal soort virtuele cache waarmee je iets kunt leren op aardkundig gebied. De cache moet je brengen naar bijzondere aardformaties zoals vulkanen, gletsjers, fossielen, etc.
  • Earth-cacher – Iemand die het geocachen voornamelijk beoefent om Earth-caches te vinden of te produceren.
    één ééntje Cache met rating 1/1, dus in principe zeer gemakkelijk te vinden en te doen met rolstoel.
  • Event – Bijeenkomst van veel geocachers. Bekendmaking geschiedt via de site van Geocaching.com.
  • Event-cache – Cache ter gelegenheid van een bijeenkomst van veel geocachers. Alleen geldig op de dag van het event. Wordt daarna gearchiveerd.

F

  • Favorite – Puntje dat je kunt toekennen aan een bepaalde cache. De bedoeling is, dat je het puntje toekent aan een cache die het in jouw ogen verdient, vanwege het verdienstelijk zijn daarvan. Je mag per 10 gevonden caches 1 favorite uitdelen. Je doet dat op de pagina van de betreffende cache, mits je die cache als found hebt gelogd. Bovenaan de pagina staat het totaal aantal favorites dat door geocachers aan de cache is toegewezen.
    Feest-cache Cache die ter gelegenheid van iets feestelijks (soms tijdelijk) is neergelegd. Dat kan bij voorbeeld Sinterklaas, Kerst of Sint-Juttemis zijn of een geboorte, huwelijk of 1000ste found.
  • Fiets-cache – Een cache-route van minstens 15 km die uitsluitend fietsend kan worden afgelegd. Meestal een multi. Als de route ook per motorvoertuig kan worden gedaan, is het geen fiets-cache. Voor de liefhebbers mag het natuurlijk ook wandelend worden gedaan.
  • Fireneedle – Reflector die in donker erop geworpen licht van bij voorbeeld zaklantaarns helder weerspiegelt. Wordt veel gebruikt bij zogenaamde nacht-caches.
  • Found – Het hebben gevonden van een cache + het loggen ervan op de site van Geocaching.com. Daardoor telt de vondst mee in allerlei statistieken.
  • Foto-cache – Multi-cache waarbij mbv foto’s wp-gegevens moeten worden verzameld.
  • FTD – First to discover. Eerste maal dat een TB of coin wordt gedicovered.FTF First to find. Eerste vondst van een cache, ontmaagding dus, goud dus.
  • FTF-klassement – Klassement van de ontmaagdingen van Nederlandse caches. Het toekennen gebeurt handmatig via het doorlezen van de logs.

G

  • G+ – Vooral in Duitsland gebruikte hint om aan te geven dat vlakbij de cache het gc-logo is aangebracht
  • GC – Veel gebruikte afkorting voor Geocaching.
  • GC-code – Unieke code waarmee iedere cache van geocaching.com is gedefinieerd beginnend met de letters GC gevolgd door één of meer letters/cijfers.
    NB De cache-naam hoeft niet uniek te zijn. Er zijn bijv. meerdere caches die “Heen en Weer” als naam hebben. Dat is niet erg, want de GC-codes van die caches zijn verschillend.
  • GC-logo – Officiële logo van Geocaching.com:
  • GE Afkorting voor Google Earth. Zie aldaar.
  • Geocacher – Iemand met de hobby geocaching. Wordt ook wel kortweg cacher genoemd.
    De echte geocacher houdt van alle vormen en soorten caches, dus van micro, small, regular, large tot traditional, multi of mysterie caches en van drive in tot lange wandel- of fiets- of auto-tochten.
  • Geocaching – Hobby waarbij de ene mens caches verstopt met de bedoeling deze door andere mensen te laten vinden. De hobby bestaat sinds 2000, omdat meestal via GPSr-apparaten naar de caches wordt gezocht, en in dat jaar de mogelijkheid voor niet-militairen vrijkwam.
    Afleiding van het Engelse woord:
  • Geo – Aarde.
  • Geocaching.com – Wereldwijde organisatie met hoofdkwartier in Seattle USA die via de website www.geocaching.com alom het geocachen propageert.
  • Geocaching.nl – Op eigen benen staande stichting, maar wel aan Geocaching.com gelieerd. De website is www.geocaching.nl. Mag gebruik maken van de gegevens uit de database van Geocaching.com, o.a. voor NL-ranglijsten en Doe het Zelf – kaarten.
  • Geocaching Noodlijst – Lijst met naam, toenaam, woonplaats, telefoonnummer, gebied van geocachers. De lijst geeft aan of men fungeert als hulplijn en/of noodlijn.
    Lijst is bedoeld voor geocachers die in het veld iets overkomt en dan hun positie kunnen doorgeven aan een persoon op de Noodlijst die in de omgeving woont zodat deze de hulpdiensten naar de noodlocatie kan leiden.
    Lijst is opgesteld omdat uit onderzoek blijkt dat de hulpdiensten in het algemeen niet met de door geocachers gebruikte coördinaten kunnen werken.
    De lijst is alleen te raadplegen voor diegenen die zelf ook in de lijst zijn vermeld. De lijst is te vinden via Doe-Het-Zelf.
  • Geocache-team – Als zodanig aangemeld team met unieke team-naam bij geocaching.com. Een team mag uit één persoon of meerdere personen en/of hond(en) bestaan.
  • Geocoderen
    1. Koppelen van geografische gegevens aan (digitale) foto’s.
    2. Koppelen van adreslokaties aan straatsegmenten. Daardoor kan de een navigatie-apparaat via de ‘routemadam’ de weg wijzen.
  • Geocoin – Speciaal als geld uitziende geocache-goodie. Kan net als TB’s worden gevolgd via het loggen op speciale sites.
  • Geodashing – Een spel waarbij de spelers met behulp van een GPSr zoveel mogelijk punten proberen te halen. Zij verdienen een punt als ze precies een bepaald way-point weten te bereiken dat willekeurig op de aardbol is aangewezen. Iedere maand is er een nieuw spel met nieuwe kansen doordat compleet nieuwe en onvoorspelbare way-points worden aangewezen over de gehele aardbol. Te vinden op hier.
  • Geo d’Or – Toekenning van een waardering aan een cache. Was een mogelijkheid om  via www.geocaching.nl je waardering voor bepaalde caches tot uitdrukking te brengen. Mee gestopt nadat .com het favorites systeem heeft gelanceerd.
  • Geolutin – Genummerd voorwerp dat van cache naar cache reist en waarvan de route via het nummer op de (Franse) site van www.geolutins.com is te volgen.
  • Ghost-cacher Geocacher die wel een cache vindt, maar noch logt in het logboek noch op internet.
  • Goodie – Ruilobject voor in een cache. Hoewel het woord eigenlijk “goed” betekent, zijn er ook minder “goede” goodies. Die worden baddies en uglies genoemd. Zie aldaar voor de betekenis.
  • GoodiesShop – Winkeltje gerund door prof. Lupardi waar men goodies en Travel Bug Tags etc. kan kopen. De inkomsten zorgen voor de instandhouding van deze website, het organiseren van events etc.
  • Goud – Fictieve beloning voor het als eerste vinden van een cache.
  • GPSr GPS ontvanger. De r staat voor receiver = ontvanger. GPS = Global Positioning System = Waar ben je op aarde? Een GPSr kan de coördinaten weergeven van de plek waar je bent of van de plek waar je naar toe wilt en geeft dan de richting en de afstand aan.
  • Grabben – Via een log aangeven, dat je een bepaalde TB/coin in bezit hebt. Grabben kan te vlug gebeuren en wordt dan als niet netjes handelen beschouwd. Eerst dient de geocacher die de TB/coin in een cache heeft geplaatst de log daarvan te zetten. Pas daarna hoor je de TB/coin als gevonden te loggen. Pas als de plaatsingslog lang uitblijft, mag je grabben.
  • Grandfathered – Speciale toestemming van geocaching.com voor de opname van een bepaalde cache in hun database. Onder de huidige regels zou de cache niet meer worden opgenomen, maar omdat de plaatsing is geschied voordat de regels van geocaching.com werden aangescherpt, mag de cache blijven.
  • Groundspeak – Bedrijf dat eigenaar is van Geocaching.com.
  • Ground Zero – Gebied rondom de cache waar men zoekt naar de cache. Hoe onduidelijker waar de cache ligt, hoe groter de Ground Zero. Een alternatieve benaming is stash area.
  • GSAK – Geocaching Swiss Army Knife. Handig programma speciaal vervaardigd voor het geocachen. Het is geschikt om heel veel aspecten van het geocachen te verwerken. Te vinden op www.gsak.net.
  • GZ – Afkorting voor Ground Zero. Zie aldaar.

H

  • Heading – De gepeilde richting waarin men zich op een bepaald moment verplaatst.
  • Hectocacher – Iemand met 100 of meer gevonden caches.
  • Hitch-hiker (HH) – Reizende cache, meestal met een doel of met opdrachten. Het Gele Bussie is hier een voorbeeld van.
  • HitchHikerLabel – Cache in de vorm van een foto-canister die in andere caches wordt gestopt. Heeft geen speciale opdracht en hopt van cache tot cache.
  • Hunter – Geocacher die alle caches onder alle omstandigheden waardeert en dus altijd op jacht is. Het woord wordt ook gebruikt in algemene zin voor geocacher.

I

  • Icoontje – Kleine eenvoudige, gestileerde afbeelding, ter vervanging van teksten. Icoontjes worden bij het geocachen gebruikt om b.v. aan te geven dat een cache multi, traditional of mysterie is.
    Ook worden bij geocoins icoontjes gebruikt om b.v. het type of de landherkomst aan te geven.

J

  • Jeep Travel bug – Speciale Travel Bug in de vorm van een speelgoed autootje.
  • JOTA event – JOTA staat voor Jamboree On The Air.  Jaarlijks event georganiseerd door scouting groepen. Doel van het event is scouts en belangstellenden kennis te laten maken met radiotechniek. Men maakt via de korte golf verbinding met andere scouting groepen over heel de wereld.
  • Jubileum log – Feestelijke log waarin de cacher mbv een zorgvuldig opgebouwde matrix van kleurrijke smiley’s aangeeft de hoeveelste found het is. Meestal betreft het een honderd- of duizendtal.

K

  • Kaartdatum – Wiskundig model van de aarde dat de vorm van de aarde benadert en het mogelijk maakt op accurate en consistente wijze berekeningen uit te voeren. Lengte- en breedtegraden op een kaart behoren altijd bij een specifieke kaartdatum
  • Kilocacher – Iemand met 1.000 of meer gevonden caches.
  • Kinder-cache – Kindvriendelijke cache. Belangrijke ingrediënten: geen moeilijk begaanbaar gebied, maximaal vijf kilometer wandelen, geen grote dieren tegenkomen, lekker puzzelen, grote goed gevulde cache.
  • Klassieker – Cache die al minstens 10 jaar bestaat en die hele periode op hetzelfde plekje ligt. Denk hierbij aan de cache ‘First Dutch’ en de multi cache ‘Double Dutch’.
  • Koekoeksei – Cache door een enthousiaste newbie geplaatst die er verder niet meer naar omkijkt. Nog vervelender als bij eventuele mankementen de eigenaar van de cache onbereikbaar is.
  • Kraken – Het vinden van de coördinaten van een multi-cache, door thuis de beschrijving zodanig te bestuderen dat geen way-points behoeven te worden gedaan, om op eenvoudige wijze de cache onmiddellijk te vinden. Is alleen mogelijk met een rammelende cache-beschrijving.
  • Kruimelspoor – Spoor dat men nalaat. Dit kan letterlijk met kruimeltjes of figuurlijk op elektronische apparaten, zodat men later nog eens via kaarten kan bekijken wat de gevolgde route is geweest. Wordt ook wel track genoemd.
  • Kruispeilen –
    1. Een kruispunt aanmaken tussen 4 gegeven punten via 2 kruisende diagonalen.. of ..
    2. Een kruispunt aanmaken op twee kruisende lijnen die vertrekken vanuit 2 gegeven punten in gegeven richtingen.
    Opmerking: in de geocache-praktijk wordt op de GPSr een route aangemaakt, waarbij de route zodanig wordt opgezet dat die zichzelf kruist op het bedoelde kruispunt.

L

  • L1-frequentie – GPS zendfrequentie die toegankelijk is voor alle GPSr gebruikers: 1575,42 MHz.
  • Large cache – Zeer grote cache. Meestal een kist. Kan heel veel goodies bevatten.
  • Les-cache – Cache met zekere educatieve waarde. Deze waarde kan worden bereikt door duidelijke instructies in de cache-beschrijving en het opnemen van elementen daarin die bij veel andere caches ontbreken. Natuurlijk staat het een ieder vrij om uit elke willekeurige cache lering te trekken.
  • Letterbox hybride cache – Cache met een speciale cache-gebonden stempel erin die in de cache moet blijven. De geocacher heeft zelf een Letterbox logboek waarin zoveel mogelijk verschillende Letterbox stempels moeten komen te staan. Geen GPSr nodig.
  • Letterwaarde – De waarde van een letter. Meestal wordt de waarde van de plaats in het alfabet gebruikt, dus a=1, b=2, etc. NB Bij letterwaarde niet stapeltellen!
  • Listing – zie ‘Cache-beschrijving’
  • Locationless cache – Cache die niet aan een bepaalde plaats gebonden is. Caches waarbij brandweerauto’s, watertorens, aquaducten e.d. moeten worden gefotografeerd, behoren tot deze groep. Geocaching.com keurt overigens geen nieuwe Locationless caches meer goed.
  • Logcirkel – Onnatuurlijk platgewalst gebied rondom of naast de cache, ontstaan door het vele zoeken en loggen van de cache.
  • Loggen
    1. Het noteren van je naam, datum, tijd e.d. bij het vinden van een cache in het cache-logboek. Veel teams gebruiken hiervoor kant-en-klare zelfgemaakte stickers, hetgeen het logboek vaak een kleurige inhoud geeft.
    2. Het vermelden van het vinden van een cache op de site van Geocaching.com. Het schrijven van mooie verhalen wordt alom gewaardeerd, het schrijven van flut-logs niet.
  • LPD – Staat voor ‘Low Power Device’ Een  vergunningsvrije portofoon met 69 kanalen in de 70cm UHF band. Het vermogen is 10mW. De LPD heeft een bereik van 150m-500m in het open veld.
  • Luister-cache Cache waarbij de aanwijzingen onderweg moeten worden beluisterd via cassetteband, CD, MP3, POD, App of andere luisterapparatuur.

M

  • Magnetische noorden – Richting waarheen een kompasnaald wijst. Deze wijkt licht af van het Ware noorden en verandert voortdurend.
  • Mapdatum – Zie Kaartdatum
  • Mapquest – Internet-bedrijf dat de mogelijkheid biedt coördinaten in te typen en zodoende bijbehorende kaarten op het beeldscherm te tonen.
  • Meetpunten-jacht – In kaart brengen samen met foto’s en teksten van alle officiële RD-meetpunten in Nederland. Te vinden via www.geocaching.nl.
  • Members-only cache – Cache waarvan je de beschrijving alleen kunt lezen als je premium member bent van Geocaching.com.
  • Meta-cache – Cache die pas gevonden kan worden na het vinden van een aantal andere caches. Deze caches bevatten dan informatie voor het vinden van de meta-cache. Een meta-cache wordt meestal bonus-cache genoemd.
  • Micro-cache Kleine cache, meestal filmrol-houdertje. Bevat alleen een loglijst. Het totale spectrum: large-regular-small-micro-nano-pico.
  • Mijlpaal-cache – Cache die wordt uitgezocht en gevonden als tigste. Populair zijn de aantallen 100, 500, 1000, 5.000, 10.000, enz, maar ook andere aantallen zijn denkbaar.
  • Mini-event – Onofficieel kleinschalig event van minimaal 5 geocache-teams, die gezamenlijk een nieuwe en/of bijzondere cache gaan doen. Wordt georganiseerd via het forum op geocaching.nl (Geodating) of de betreffende cache-pagina dmv notes. Kan ook spontaan ontstaan door massale toeloop ter plekke.
  • Mini-serie – Kleine serie caches bestaande uit 2-4 caches.
  • Miswijzing (EPE) – Afwijking bij het weergeven van coördinaten op een GPSr. De oorzaken zijn velerlei: satellietklokfouten, omloopbaan afwijkingen, atmosferische vertraging, groepsvertraging, multipad, ontvangerruis en ontvangerdynamiek. Elk van deze oorzaken kan varieren tussen de 0,5 en de 6 meter. Opgeteld komen ze gemiddeld uit op ongeveer 8,5 meter.
  • MOC – Members only cache.
  • Moving canister – Cache in de vorm van een foto-canister die in andere caches wordt gestopt. Heeft geen speciale opdracht en hopt van cache tot cache.
  • Muggle – Niet-geocacher die zich in de buurt van de cache of een way-point ophoudt. De Nederlandse term hiervoor is: dreuzel.
  • Multi-cache – Oorspronkelijk een route met meerdere caches. De benaming wordt nu vrijwel steeds gebruikt voor caches waarbij meerdere way-points zijn gebruikt.
  • Munitiekistje – Munitiekistje gebruikt als cache. Verstandige geocachers hebben de rode stickers waarop staat dat de inhoud explosief is, eraf gepeuterd.
  • Myriacacher – Iemand met 10.000 of meer gevonden caches.
  • Mysterie cache – De cache-coördinaten zijn verborgen op onbekende wijze. In de beschrijving kunnen aanwijzingen staan. Meestal is het een puzzel-cache, waarbij men eerst thuis een puzzel moet oplossen alvorens enig idee te hebben alwaar de cache-route te beginnen.

N

  • NA -Needs Archived, ofwel deze cache dient gearchiveerd te worden. Dit is een door gc.com geboden keuzemogelijkheid bij het plaatsen van een log bij een cache. De bedoeling is dat de CO (cache-plaatser) zsm de cache weer fris en fruitig doet zijn, maar die kans is in de praktijk niet groot. Meestal is aan de NA-log een NM-log voorafgegaan waar de CO niet op heeft gereageerd. Na meerdere vergeefse NM-logs is meestal de maat vol en plaatst iemand een NA-log. De revieuwer krijgt bericht van een NA-log en zal na verloop van tijd actie ondernemen.
  • Nachtcache – Een cache die in principe alleen ’s nachts is te vinden. Op de way-points zijn meestal reflectoren aangebracht die in donker met zaklantaarns beschenen beter zichtbaar zijn dan overdag.
  • Nano-cache – Zeer kleine cache. Grootte is ongeveer vergelijkbaar met het topje van de pink. Kan opengedraaid worden en bevat een mimiem logstrookje. Vaak is de nano-cache magnetisch zodat hij tegen ijzer “geplakt” kan worden. Het totale spectrum: large-regular-small-micro-nano-pico.
  • NAVSTAR – Eerste benaming voor GPS.
  • Newbie – Iemand die voor het eerst gaat geocachen. Na het vinden van de eerste cache is men geen newbie meer.
  • Nickname – Bijnaam (schuilnaam, alter ego e.d.) die geocachers dienen aan te nemen om te kunnen meedoen met het geocache-spelletje van Geocaching.com.
  • Needs Maintenance – ofwel deze cache heeft onderhoud nodig. Dit is een door gc.com geboden keuzemogelijkheid bij het plaatsen van een log bij een cache. De bedoeling is dat de CO (cache-plaatser) z.s.m de cache weer fris en fruitig doet zijn. De CO doet er verstandig aan daarna een OM-log (Owner Maintenance) te plaatsen om de reviewer voor te zijn die anders de cache off line kan plaatsen op grond van de NM-log.
  • NMEA-0183 – Een dataprotocol voor een elektrische interface ter regeling van de communicatie tussen maritieme instrumenten, waaronder GPS. (NMEA is een afkorting van National Marine Electronics Association.) In gewone taal: afgesproken wijze waarop gegevens worden uitgewisseld tussen verschillende apparaten. Zo kunnen de apparaten elkaar ‘begrijpen’. Voor het geocachen is van belang dat je zo gegevens van de pc naar je GPSr kunt overbrengen en omgekeerd via een kabeltje tussen die apparaten. Via de USB poort en vroeger via RS-232.
  • Noodlijst – Zie ‘Geocaching Noodlijst’
  • Note – Mogelijkheid een opmerking te plaatsen bij een bepaalde cache op de site van Geocaching.com. Als de note meteen weer wordt verwijderd, zien alleen mensen die de cache op hun watchlist hebben staan, de tekst van de note in hun mail. Zo’n note heet een snelle note.
  • Not-found – Een log op www.geocaching.com waarin wordt aangegeven dat de cache niet is gevonden. Dit kan nuttig zijn, omdat de cache-plaatser dan in actie kan komen om te kijken of de cache er nog ligt.
  • Nulpunt – Plek waar de GPSr aangeeft 0 meter vanaf de ingestelde coördinaten te zijn.

O

  • Off line zetten – Aangeven door een cache-plaatser via Geocaching.com dat een cache tijdelijk niet te vinden is. Meestal een reactie op een note van een geocacher die de cache niet heeft kunnen vinden en vermoedt dat de cache er niet meer ligt.
  • Offset-cache – Multi-cache met slechts één way-point, waar men de aanwijzing vindt voor de cache.
  • Owner Maintenance – Ofwel een melding van de CO (cache-plaatser), dat er onderhoud is gepleegd aan de cache. Dit is vaak een reactie op een NM-log. Beide logmogelijkheden zijn keuzemogelijkheden bij het plaatsen van een log.
  • Oppikkertje – Cache waarvan de coördinaten bekend zijn via puzzelen en/of berekeningen en dus zonder verdere problemen gegraaid zou moeten kunnen worden. Schijnt in de praktijk nog wel eens tegen te vallen. Ook dergelijke caches kunnen lastig verstopt liggen. Nog erger: de gedachte coördinaten zijn niet correct.
  • OZI(-Explorer) – Veelgebruikt computerprogramma bij het geocachen, waarmee het mogelijk is gedetailleerde kaarten te benutten om caches te vinden.

P

  • PDA – Veelzijdig handcomputertje dat door geocachers wordt gebruikt voor o.a. navigatie, opslag cache-gegevens, opslag cache-beschrijvingen, e.d..
  • Peilen – Zie Projecteren’
  • Petling – Cache in de vorm van een kunststof (PET) buisje met schroefdop er uitziend als reageerbuisje. Er kan alleen een loglijstje in. Het is qua grootte dus een micro. Er wordt ook wel naar gerefereerd als PET-preform, omdat het technisch mogelijk is van een PET-ling een PET-fles te produceren.
  • Pico-cache – Zeer zeer kleine cache. Grootte is enkele millimeters. Nog niet in de praktijk aangetroffen.
    Het totale spectrum: large-regular-small-micro-nano-pico.
  • PMR – Personal Mobile Radio; Portofoon machtigingsvrij te gebruiken. 8 kanalen in het frequentiebandstuk 446.000-446.100 Mhz. Het uitgangsvermogen bedraagt 500 mW. Afhankelijk van locatie en terrein is het bereik 1 tot 3 km.
  • Pocket Query – Mogelijkheid voor Premium members om actuele gegevens van geselecteerde caches te ontvangen via de mail. Deze gegevens kunnen gebruikt worden om op te slaan in een PDA.
  • POI – Point Of Interest. Wordt gebruikt bij de navigatie om aan te geven waar een bijzonder punt is, bijv. een benzinepomp of een restaurant. Voor ons geocachers kunnen ook de locaties van caches als POI worden aangemerkt.
  • Pondcacher – Iemand met 500 of meer gevonden caches.
  • Powertrail – Een serie genummerde caches die zodanig zijn geplaatst, dat het mogelijk is in relatief korte tijd veel van deze caches te vinden. Aan een powertrail is geen minimum of maximum aantal caches verbonden, maar in de praktijk (vooral in de USA) ligt het aantal tussen 100 en 1000.
  • Premium member – Betalend lid van Geocaching.com. Als Premium member kan men o.a. Pocket Queries via de mail ontvangen.
  • Prikstok – Attribuut ter lengte van ongeveer 1 meter om een cache te zoeken via lichtjes prikken in allerlei natuurlijk materiaal waaronder een cache verborgen kan zijn.
  • Proefloper – Iemand die bereid is een cache te gaan vinden op grond van de beschrijving die nog niet aan geocaching.com is voorgelegd ter goedkeuring. Doel van deze actie: eventuele fouten uit de beschrijving aan het licht brengen, zodat die verbeterd kunnen worden en zodoende voorkomen dat geocachers, vooral de maagdenjagers, onnodige problemen ondervinden.
  • Projecteren – Coördinaten berekenen van een punt dat gelegen is op een bepaalde afstand en in een bepaalde richting vanaf een ander punt.
    Anders gezegd en meestal de praktijk: bepaal vanaf het punt waar je staat een ander punt. Dat andere punt ligt een aantal meters verderop in een bepaalde kant richting. Vandaag de dag biedt vrijwel elke GPSr deze berekening aan.
    Projecteren wordt ook wel peilen genoemd.
  • Puntje – Uitdrukking voor het vinden van een cache, omdat elke gevonden cache wordt geteld en vermeld door geocaching.com.
  • Puntjesjager – Iemand die het geocachen voornamelijk beoefent om veel caches te vinden en zodoende hoog te scoren in ranglijsten.
  • Puzzel-cache – Cache waarbij een puzzel moet worden opgelost.

R

  • Rating – Twee getallen die elk op een schaal van 1-5 (1=makkelijk, 5=moeilijk) het problematisch gehalte van een cache aangeven, respectievelijk voor moeilijkheid en terreinomstandigheden.
  • RD coördinaten – RD = Rijks Driehoeksmeting. Typisch Nederlandse manier van coördinaten vermelden. Het nulpunt van het RD systeem ligt bij Parijs! Toch een handig systeem want de N-coördinaat loopt vanaf 300 en hoger, de O-coördinaat is altijd minder dan 300. Zo kun je nooit in de war komen.
  • Recycling – Het opnieuw gebruiken van een bepaalde cache-plek als de vorige cache is gearchiveerd. Zeker op mooie locaties zal dit voorkomen, soms door (nieuwe) cache-leggers die zich niet bewust zijn, dat daar al eerder een cache geplaatst is geweest.
  • Regular cache – Een cache van normale grootte die allerlei goodies kan bevatten. Veelal worden in Nederland munitiekistjes gebruikt. Ook grote plastic bakken zijn regular. Het totale spectrum: large-regular-small-micro-nano-pico.
  • Reviewer – Persoon die gerechtigd is door geocaching.com caches goed te keuren, d.w.z. dat de beschrijving wordt geplaatst op de site van geocaching.com. De reviewer heeft opdracht de cache-beschrijving nauwkeurig te toetsen op allerlei voorwaarden alvorens er goedkeuring aan kan worden gegeven. Als de cache wordt goedgekeurd (approved), verschijnt de cache op de site van Geocaching.com. Voorheen werd deze persoon approver genoemd. Omdat een cache niet altijd wordt goedgekeurd, was die naam niet juist en is er nu sprake van reviewer.
  • Richtlijnen geocaching.com – Voorwaarden waaraan een cache moet voldoen om opgenomen te worden in de database van geocaching.com. Niet graven en toestemming landeigenaar spelen hierbij een grote rol.
  • Rippen – Zoekmaken of stukmaken van een cache door niet-geocachers. Als de cache op deze wijze er niet meer is, spreekt men van geript of muggled in het Engels.
  • ROT13 – Methode om tekst te versleutelen via heen en weer opschuiving van 13 letters. Bijv. A->N en Q->D.
    Geocaching.com gebruikt deze methode altijd om de hint te versleutelen.
    Volledige codering: (boven wordt onder en onder wordt boven)
    A|B|C|D|E|F|G|H|I|J|K|L|M|
    N|O|P|Q|R|S|T|U|V|W|X|Y|Z|

S

  • SBB Staatsbosbeheer – Organisatie in Nederland die veel bossen beheert waar caches zijn verstopt met toestemming van de boswachters.
  • Seriële PC Interface – kabel Kabel waarmee een GPSr met een PC verbonden wordt, waardoor way-points op uiterst snelle manier ge-download dan wel geprojecteerd kunnen worden.
  • Small cache – Tamelijk kleine cache. Tussenmaatje tussen micro en regular. B.v plastic bakje of glazen potje met canister erin. Het totale spectrum: large-regular-small-micro-nano-pico.
  • Souvenir – Gratis banner van Groundspeak die op je profiel komt te staan bij een bepaalde prestatie. Bijv. als je een log hebt geplaatst op 10-10-10.
  • Spoiler – (spoilen) Verraden van de locatie van een cache middels foto of tekst.
  • Stafkaart – Topografische kaart. Zeer gedetailleerde kaart die nuttig kan zijn bij het vinden van caches.
  • Stapeltellen – Een getal via (eventueel herhaald) optellen van de cijfers herleiden tot een getal van 1 cijfer. Voorbeeld: Het getal 698. Optellen van de cijfers geeft: 23. Optellen van deze cijfers geeft: 5
    Ook wordt hiervoor het begrip ‘rijsom-methode’ gebezigd. Let op: verwar stapeltellen NIET met cijfersom.
  • Stash – Ander woord voor cache.
  • Stash area – Gebied rondom de cache waar men zoekt naar de cache. Hoe onduidelijker waar de cache ligt, hoe groter de stash area. Een alternatieve benaming is Ground Zero, afgekort GZ.
  • Stash hunt – Schattenjacht.
  • Stashnote – Brief in de cache bedoeld voor dreuzels. Het kan gebeuren dat een dreuzel per ongeluk een cache vindt. De stashnote biedt dan informatie in de hoop dat de dreuzel de cache niet ript.
  • STD Second – to discover. Tweede maal dat een TB of coin wordt gedicovered.
  • STF Second – to find. Tweede vondst van een cache, zilver dus.

T

  • T5 – Terreinmoeilijkheid 5. Wordt soms speciaal in beschrijvingen vermeld om aan te geven, dat het qua terrein een uiterst lastige cache betreft.
  • Tag (1) – Genummerd metalen plaatje dat bevestigd is aan een Travel Bug. Men dient dit te kopen in de goodie shop.
  • Tag (2) – Metalen plaatje dat bevestigd is bij een way-point en een aanwijzing bevat.
  • TB – Veelgebruikte afkorting voor Travel Bug.
  • TB swap – Melding (vaak in een note) dat men een TB in een cache heeft gestopt en er een ander heeft uitgehaald. Een TB ruil dus.
  • TB-graveyard – Virtuele cache om verloren Travel Bugs een laatste rustplaats te geven. Dit tot troost van de TB-eigenaars die hun kostbaar relikwie na verloop van tijd in geen enkele cache meer zagen opduiken. De Nederlandse versie van de TB-graveyard ligt, heeft de cache-code GCH28H en ligt virtueel op Rottumerplaat.
  • TB-handel – Onderling ruilen van Travel Bugs. Veel voorkomend verschijnsel bij events.
  • TB-hotel – Cache die alleen Travel Bugs bevat en een logboek. Bedoeling is het ruilen van Travel Bugs.
  • TB-race – Wedstrijd tussen een beperkt aantal Travel Bugs waarbij bepaalde opdrachten moeten worden uitgevoerd..
  • TB-site – Speciale plek op de site van Geocaching.com om Travel Bugs te beschrijven en te loggen.
  • TB-swap – Ruilen van Travel Bugs bij het vinden van een cache.
  • TFTC – Thanks For The cache. Hetgeen Engels is voor: bedankt voor de cache = BVDC.
  • Tijdelijk disabelen – Een speciale note plaatsen dat de cache tijdelijk niet aanwezig is of vermoedelijk niet aanwezig is. Pas als de cache-plaatser de cache in orde heeft gebracht, wordt het tijdelijk disabelen opgeheven. Dat kan soms erg lang duren en is dan erg vervelend, vooral als de cache-plaatser had gemeld: “deze cache wordt zo snel mogelijk opnieuw geplaatst” o.i.d….
  • Topografische kaart – Zeer gedetailleerde kaart die nuttig kan zijn bij het vinden van caches.
  • Track Spoor dat men nalaat. Dit kan letterlijk met kruimeltjes of figuurlijk op elektronische apparaten, zodat men later nog eens via kaarten kan bekijken wat de gevolgde route is geweest. Wordt ook wel kruimelspoor genoemd.
  • Tracker Tb of coin die in handen van de eigenaar blijft met als doel de gangen van die eigenaar na te gaan. Daartoe geeft de eigenaar bij elke bezochte cache in zijn log aan dat de Tracker de cache heeft bezocht. Dat kan via het speciale actions-knopje “Visited”.
  • Tradi – Veel gebruikte afkorting voor een traditional cache.
  • Traditional cache – Cache waarvan de coördinaten bovenaan de cache-beschrijving staan vermeld. Met traditional wordt oorspronkelijk bedoeld, in het bijzonder de allereerste cache: een verstopt blik bonen waarvan de coördinaten op internet waren vermeld.
    NB Traditional cache heet in het spraakgebruik meestal: Tradi.
  • Travel Bug (TB) – Genummerd voorwerp dat van cache naar cache reist en waarvan de route via het nummer op de site van Geocaching.com is te volgen.
  • Traveler Tag – Genummerd voorwerp dat van cache naar cache reist en waarvan de route via het nummer op de site van www.travelertags.com is te volgen.
  • TTD – Third to discover. Derde maal dat een TB of coin wordt gedicovered.
  • TTF – Third to find. Derde vondst van een cache, brons dus.

U

  • UTM-coördinaten – Alternatieve manier om coördinaten weer te geven. Wordt een enkele keer gebruikt bij het geocachen om het vinden van de cache schijnbaar moeilijker te maken. De meeste GPSr’s kunnen echter eenvoudig schakelen tussen verschillende coördinatensystemen.

V

  • Vanity code – Code die soms in puzzelcaches wordt gebruikt. Letters worden daarbij omgezet in cijfers volgens de toetsen van mobiele telefoons, waarbij abc=2, def=3, etc. Bij voorbeeld het woord “geocaching” heeft als vanity code: 436222464.
  • Virtuele cache – Cache die fysiek niet aanwezig is. Vaak een bijzondere plek waar geen cache verstopt kan worden. Men moet dan meestal bewijzen op die plaats geweest te zijn alvorens te mogen loggen op de site van Geocaching.com.
  • Voortuincache – Vlakbij eigen huis geplaatste cache. Populaire verstopplaatsen zijn: voor-/achtertuin, hekje, schuurtje, schutting, onder de lantaarnpaal enz. Reden voor dit soort plaatsing kan zijn bij voorbeeld: gebrek aan toestemming voor het leggen in een natuurgebied, of vanwege gewenste kennismaking met andere geocachers, e.d.

W

  • WAAS – Wide Area Augmentation System.
    Dit is een manier om de nauwkeurigheid van GPS te verbeteren tot boven het standaardsignaal voor burgers. WAAS is ontwikkeld door de Amerikaanse luchtvaartdienst FAA zodat de nauwkeurigheid kon worden geboden die nodig is voor het aanvliegen van vliegtuigen om te landen. WAAS verhoogt de nauwkeurigheid van GPS door de fouten in het GPS-signaal te berekenen bij verschillende controlestations in het hele land en deze foutcorrecties vervolgens terug te sturen naar speciale WAAS satellieten.
  • Ware noorden – Vast punt, het astronomisch bepaalde noorden op onze aardbol. Dit wijkt licht af van het Magnetische noorden dat voortdurend wijzigt.
  • Watch-list – Handige optie bij Geocaching.com. Lijst met caches die men kan aanleggen bij Geocaching.com. Iedere keer als iemand een log of note zet op de site van caches uit de watch-list, krijgt men die log of note per mail toegezonden.
  • Waymarking – Project van geocaching.com om allerlei bijzondere plekjes op deze aardbol in coördinaten, foto’s en verhaaltjes vast te leggen. Te vinden op de website www.waymarking.com. Voorlopig alleen beschikbaar voor premium members.
  • Way-point – In coördinaten vastgelegd punt. (afgekort: WP)
    Er zijn 6 types way-points:
    – Final location – Eind locatie
    – Parking area – Parkeerplaats
    – Question to answer – Punt om een vraag te beantwoorden
    – Reference point – Referentiepunt
    – Stage of a multicache – Punt van een multi-cache
    – Trailhead- Startpunt wandelpad
  • Webcam cache – Geen fysieke cache, maar een soort virtuele cache waarbij gebruikt wordt gemaakt van bestaande internet webcams. Bedoeling is dat een geocacher voor de webcam verschijnt en hulp krijgt van iemand ergens achter een pc om een herkenbaar plaatje vast te leggen. De foto dient dan geplaatst te worden in de log als bewijs.
  • WGS’84 – Wereldwijd coördinaten systeem voor plaatsbepaling dat gebruikt wordt door GPS satellieten. Het systeem werkt met lengte- en breedtegraden. WGS staat voor “World Geodetic System” en 84 voor het jaar 1984 waarin deze standaard is gedefinieerd.
  • WGS’84 coördinaten – Getallen die de positie weergeven in lengte- en breedtegraden. Zowel voor de lengte- als breedtegraad worden door Geocaching.com twee getallen gebruikt: voor de graden en voor de minuten. De graden worden genoteerd als gehele getallen en de minuten met 3 cijfers achter de komma. Voorbeeld: N52 15,235 E004 30,585 (Hier ligt (nog) geen cache.)
  • Wherigo – Cache-type in 2008 toegevoegd. Voor het vinden van de cache dient een fictief pseudo-interactief avontuur te worden beleefd. Hiervoor dient men te beschikken over speciale apparatuur (ofwel GPSr ofwel pocket pc) en bijbehorende software.
  • Will attend – Logmogelijkheid op internet om aan te geven dat men een event wil gaan bezoeken.
  • Woordwaarde – Het totaal van alle letterwaardes van een woord. Meestal wordt voor de letterwaardes de plaats in het alfabet gebruikt, dus a=1, b=2, etc.
    NB Bij woordwaarde niet stapeltellen!
  • WP – Afkorting voor way-point.

X


Y


Z

Zilver – Fictieve beloning voor het als tweede vinden van een cache.


Naar boven